Voorzetsels oefenen
Vandaag hebben we het met taal gehad over zinnen in de tegenwoordige tijd en de verleden tijd, dit was een herhaling van de voorgaande lessen.
Het nieuwe onderdeel van vandaag waren de voorzetsels. Hoe we voorzetsels gebruiken, konden we alleen maar leren door het te voor te doen. De juf stond op de tafel, Jamie zat onder de tafel, Luke stond naast de tafel etc. Deze voorbeelden hadden we met een tafel, we hebben het ook gehad over de kast. Hier konden we nog meer voorzetsels bij gebruiken.
Wat een leerzame taalles (en toch best gek dat de juf ineens op tafel mocht staan).